Groente- of warmoesschuiten. Korters?


Warmoesmarkt op de Prinsengracht bij de Reesluis, de brug in het verlengde van de Reestraat. Elke schuit kreeg daar een vaste ligplaats. De warmoes werd op de kade door groentevrouwen verkocht en in de winkels met klapluiken en pothuizen uitgestald. Prent van J.Schenk eerste helft 18e eeuw. Gemeentearchief Amsterdam.


Pothuizen waren de houten aanbouwsels tegen de gevel, vooral in gebruik door eenmansbedrijfjes als schoenmaker en porder. Fotoarchief Spaarnestad 1940.

 


Groentemarkt Lijnbaansgracht Amsterdam. Foto: archief Amsterdam

 


Groenteveiling bij het station Bovenkarspel-Grootebroek circa 1900

Warmoes en spiering:
In de middeleeuwen bestond het hoofdvoedsel uit brood, vlees, vis en eieren. Erwten, bonen en rapen werden ook veel gegeten, maar andere groente was een bijgerecht, wel lekker, maar eigenlijk niet gezond. De groente werd tot moes gekookt, vandaar de naam warmoes. Ook het gebruik van fruit werd door voedingsdeskundigen afgeraden: "Ende de snoepers van 't fruyt en komen niet licht tot eenen hoogen ouderdom". Als je fruit at, dan liefst aan het begin van de maaltijd. Dat voorkwam "kou op de maag". Een stevige stamppot of voedzame soep was beter. Soepen konden niet alleen gemaakt worden van groente en vlees, maar ook van pruimen, bessen of ander fruit. Stamppotten werden nog niet gemaakt met aardappelen want die waren toen in Europa nog niet bekend. Er gingen gele of rode wortelen in, rapen of pastinaken. Als kruid gebruikte men foelie, saffraan, nootmuskaat en kaneel, die werden geïmporteerd uit Spanje. Voor de gewone man waren ze echter te duur. De meeste mensen gebruikten twee maaltijden per dag, het middagmaal werd genoten om een uur of elf  's morgens, 's avonds werd dan nog iets gegeten, pap, rijstebrij of het restant van het middagmaal met brood. Doordat maaltijden langzamerhand steeds later gebruikt werden kregen stedelingen in de loop van de zeventiende eeuw 's morgens behoefte aan een ontbijt. Dat kon van alles zijn, brood, vlees of vis. Spiering was vooral "een ontbijt-visch, die men des morgens gebruikt bij den biere".

Bron: "Zeven eeuwen Amsterdam, de Amsterdammers en hun eten en drinken". Gemeentearchief Amsterdam.