't Hoge licht op de kerktoren van Westkappelle.


Rotterdamsche Courant 28 mei 1818
Middelburg, 26 mei. Het kustlicht op de toren te Westkappelle is een toestel, zeer waardig om te bezien. Het bestaat uit een zestienzijdige lantaarn of Koepel, van omtrent 12 voeten middellijns, waarvan het gehele geraamte uit ijzer of metaal vervaardigd is. Aan de landzijde is de Koepel gesloten; doch aan de zeezijde doorzigtig, bezet met grote spiegelglazen. Ingeval deze mogten breken, kan, zo veel nodig, alles worden losgeschroefd, om nieuwe glazen in te zetten. Van boven is de Koepel mede digt gesloten, doch heeft aldaar luchtgaten, zodanig van buiten en van binnen, ingerigt, dat wel de lucht van onderen opwaards naar buiten kan worden uitgedreven, doch weinig of geen tocht van boven in de koepel vallen kan.

Binnen in de Koepel zijn, aan een stevigen en fraai bearbeidden ijzeren toestel, vijftien uitmuntend vervaardigde koperen Argandsche lampen* vastgemaakt; verdeeld in twee rijen, en geplaatst in ruim een halve cirkel. De onderste rij heeft acht, en de bovenste zeven lampen; deze zeven bevinden zich boven de tussenscheidingen der acht onderste. Iedere vlam is in het brandpunt van een parabolisch holronde spiegel van zeer zuiver gepolijst pleetzilver, waardoor het heldere licht van iedere lamp, zo sterk mooglijk, in evenwijdige stralen, naar buiten wordt terug gekaatst, en dus mijlen ver gezien kan worden. - Er kan alzo geen schip in zee zijn, van het Noorden, dóór het Westen, tot het Zuiden, voor hetwelk dit licht op verscheiden mijlen afstands uit de wal, niet zigtbaar is.
Om gedurig de nodige verse lucht, tot onderhoud der lampvlammen en ter uitdrijving van de bedorvene lucht en walm, in te laten, heeft het stenen voetstuk verscheidene tochtgaten, die, gemeenschap hebbende met de buitenlucht, binnen in de Koepel kunnen geopend of gesloten worden, naar men het nodig vindt; nog grotere zijn in de grond des koepels tot hetzelfde oogmerk.

Daar het tot het welbranden der lampen hoogst nodig is, dat de olie vloeibaar blijve, en door de koude niet stolle, dient daartoe de volgende inrigting: Omtrent in het midden van het vertrek der oppassers, onmiddellijk onder de zoldering des Koepels, is een ijzeren kagchel, uit hetwelk een buis loodregt opwaards gaat, door de zoldering tot in de Koepel, en dient om verhitte lucht derwaarts te voeren; terwijl de rook door een andere pijp zijwaards naar de schoorsteen wordt geleid. In de Koepel eindigt de luchtpijp even boven de grond in een grote koperen holle bol, uit welke drie koperen buizen voortkomen, uitlopende in een andere koperen buis, welke een weinig onder de oliehouders van de benedenste lampen-rij henen gaat. Juist onder elke lamp zijn, in deze buis, kleine openingen, waardoor de verhitte lucht, tegen de oliehouders uitstromende, de olie in dezelve belet te stollen. - De warmte, door de onderste lampen te weeg gebragt, is voldoende om het dik worden der olie in de bovenste voor te komen. Alles is uitmuntend schoon.

*) genoemd naar A. Argand, die een olie- of petroleumlamp met holle brander verbeterde, zodat de lucht binnen in de vlam kan toetreden, waardoor de helderheid van het licht toenam en het walmen sterk verminderde, met kousjes en met glazen over de vlam.

De brand

Zierikzeesche Courant 22 maart 1831
Middelburg, 16 maart. In de nacht van laatstleden maandag heeft de gemeente westkapelle een grote ramp getroffen. Om half twaalf ontstond er brand bij het kustlicht op de kerktoren, welke spoedig werd ontdekt, waarop terstond de klokken werden geluid, dadelijk was de brandspuit in werking en de ganse gemeente op de been; doch daar de brand hoog in de toren was ontstaan, is het onmogelijk geweest de spuit met vrucht te doen werken; ook hebben de personen, welke naar bovenin de toren waren toegesneld, al ras dezelve moeten verlaten, of zouden door de zware rook zijn omgekomen. Lang is men nog bevreesd geweest voor het behoud van de torenwachters J. de Wit en C.J. de Pagter en diens huisvrouw, doch dezelve zijn eindelijk gelukkig van de toren gered.

In 1907 is een nieuw torenlicht geplaatst. De vuurtoren brandt nog elke avond en is bij helder weer tot wel 37 km te zien.

Bron: Stichting Maritiem-Historische Data.