Pieter Le Comte diende in 1814 als officier op
Zijner Majesteits Korvet "De Eendragt" en beschrijft de 150 man equipage.
Onder equipage verstond hij de gehele bemanning incl. officieren en
commandant. Later werd onderscheid gemaakt tussen etat-major
(officieren en adelborsten uitgezonderd de commandant) en equipage (onderofficiren
en manschappen).
- de kapitein
- een luitenant der eerste klasse (eerste officier)
- een luitenant 1e klasse
- twee luitenants der 2e klasse
- vier adelborsten der 1e klasse
- een chirurgijn-majoor van de 3e rang
- een chirurgijn der 2e klasse
- een ziekenoppasser-majoor
- een schrijver en victualiemeester der 3e klasse
- een adjunctschrijver
- een bottelier
- een botteliersmaat
- een opperstuurman
- een tweede stuurman
- twee stuurmansleerlingen
- een opperschipper
- een bootsman
- een tweeden bootsmansmaat
- een schieman
- een tweeden schiemansmaat
- twee bootsmansleerlingen
- twee kwartiermeesters
- een konstabel (majoor belast met de artillerie)
- een konstabelsmaat
- een schoolmeester en ziekentrooster
- een hofmeester
- een kajuitskok
- een officierskok
- een scheepskok
- een koksmaat
- een provoost
- een tweeden timmerman
- een derden timmerman
- een tweeden zeilmaker
- een eersten kuiper
- een eersten smid
- een schilder
- een kleermaker
- een schoenmaker
- twee scheerders
- vijftien matrozen der 1e klasse
- vijf en twintig matrozen der 2e klasse
- vijf en dertig matrozen der 3e klasse
- twee officiersjongens
- twee scheepsjongens
- een serjant der mariniers
- twee korporaals
- een tamboer en twintig mariniers. |
|