Sleepboten |
Tafereel uit de 19e eeuw. Een brik wordt door een
rader(haven)sleepboot binnen gesleept
Havensleepboot.
In plaats van zwaar berghout heel
veel autobanden.
Het gebruik is bij doorvaart van sluizen niet toegestaan. (een gezonken autoband
kan de deuren blokkeren)
Havensleepboot (stadsboot). Het Amsterdammertje werd ook wel
aangeduid als passagierssleepboot.
Stoomsleepboot met een Luikse sleep (langzij aan elkaar
vastgemaakt).
Twee schepen naast elkaar werden ook wel op "Zeeuwse wijze" gesleept. Dat wil zeggen dat op "eerste lengte" de gesleepte schepen ruimte hielden om het schroefwater van de sleepboot tussendoor te laten. Hier een sleepkonvooi op Zeeuwse wateren in de tweede wereldoorlog. |
Riviersleepboot met theehut. De verschillende draadgeleiders lopen van hoog naar laag. |
Zo werden schepen met behulp van een brittelhaak gesleept. Elk sleepschip had aan bakboordzijde kort aangebonden een haak buitenboord hangen waarlangs de strangen naar het volgende schip werden geleid. De sleep was zo beter en met minder trekkracht in gareel te houden dan zonder haak. De brittelhaak werd gewoonlijk aan de achterste voorbolder bevestigd, maar ook wel aan een bolder verder naar het midden. Wanneer een sleepschip eerder op bestemming moest afhaken was er een oog aan de brittelhaak om de haak te kantelen waardoor de strang(en) los kwam(en). |
Negen sleepschepen stroomopwaarts bij Duisburg rond
1960. Zo'n sleep kon wel een kilometer lang zijn
Lege bakken werden ook wel geduwd. Twee bakken werden aan weerszijden van in dit geval de m.db. (motor duwboot) Vulcaan I vastgeknoopt om stroomafwaarts een betere bestuurbaarheid te krijgen. |
Sommige motorvrachtschepen waren ook ontworpen voor (rivier) sleepwerk. Zie sattelschlepper. Ze hadden dan beduidend meer vermogen om een sleepschip te kunnen trekken. Zie de forse beting achter het stuurhuis en de hoge draadgeleider achter het woongedeelte. |