Maandelijkse personeelskosten in guldens
voor een VOC-schip van 90 koppen

 

De verdiensten van de zeeman vallen in drie delen uiteen: de gage (het eigenlijke loon), de voering (goederen die men vrij mocht vervoeren) en diverse premies, uitkeringen, pensioenen en verzekeringen. Al deze vormen van verdiensten moeten samen in aanmerking genomen worden om te kunnen bepalen welke vaart voor de zeelui het aantrekkelijkst was en om te weten hoe een vergelijking tussen de lonen aan de wal en die op zee uitvalt.[MG]
 

Lijste waer na de Capiteynen, Officieren ende Matrosen sullen gegageert worden ter Maendt
op 30 december 1636
 
Den Capiteyn
Stuyrman
Luytenant
Schipper
Schrijver
Barbier
Hoochbootsman
Timmerman
Constapel
Zeylmaecker
Constapels Maet
Hoochbootsmans Maet
De drie Quartiermeesters elcx veertien gulden
Corporael
Provoost
Bottelier
Sijn Maet
Kock
Sijn Maet
Twintich Matrosen tot elf gulden
Veertich tot tien gulden
Ses half-wassen braessems tot vijf gulden
Trompetter
Lootsman
Een jongen tot vier gulden
100
36
25
24
16
24
22
30
22
14
15
15
42
14
12
22
15
21
15
220
400
30
20
36
4
1193

In oorlogstijd kwamen daar kanonniers en manschappen bij en konden de gages worden aangevuld met buitgelden en prijzengeld. De hoogsten in rang kregen verreweg het meeste, zodat er weinig overbleef voor het lagere volk. Boven deze inkomsten waren er voor de kapiteins en vlagofficieren nog mondkosten en kajuitgelden. Per kop van de bemanning kreeg de kapitein zeven stuivers mondkosten per dag terwijl de voeding maar vier stuivers kostte. De kajuitgelden, een bedrag van dertig tot vijftig stuivers per dag waren bedoeld voor het onderhoud van hooggeplaatste opvarenden, zoals predikanten, meevarende legerofficieren en andere adellijke personen. Ook die bedragen waren hoger dan de werkelijke kosten.

Overigens konden gages afhankelijk van voorschotten en bevarenheid ook nogal variëren. Tijdens hun jarenlange afwezigheid van huis konden schepelingen van de schrijver op hun schip, of in Azië zekere voorschotten tegen zeer hoge rente opnemen, 'goede gelden' of'genot'. Verder werden boetes, geneeskundige behandelingen van geslachtsziekten, gevolgen van steekpartijen en andere kosten van het loon afgetrokken. Dit gold ook voor de 'maandbrieven', ook wel akten, biljetten of maandceduls genoemd. Hierbij verzocht een opvarende de voc om, zolang hij op reis was, aan deze of gene (meestal verwanten) jaarlijks enige maanden van zijn gage uit te keren. Uitbetaling van de maandbrief ging voor de transportbrief. Pas als alle papieren die betrekking hadden op de dienst overzee op de betaalkantoren in Nederland ontvangen en nagekeken waren, kon uitbetaling door een van de twee kassiers, in
Middelburg of in Amsterdam, plaatsvinden. Wanneer iemand stierf, golden dezelfde bepalingen voor zijn nabestaanden of schuldeisers. Het schip met toebehoren was onderpand voor alle rechten die men op uitbetaling kon laten gelden. Verging een schip of werd het gekaapt, dan verloor men dus alle rechten op uitbetaling. Behalve gage kregen zeelui vrije kost en inwoning aan boord. In de achttiende eeuw bedroegen de kostgelden in Azië voor onderofficieren drie stuiver daags of anderhalve stuiver daags plus 40 pond rijst per maand, voor de maats acht dubbeltjes per tien dagen, voor soldaten een kwart reaal.
 

Wat moeten we ons voorstellen bij de waarde, zeg maar de koopkracht, van bovenvermelde gages? Hier een poging.
Publicaties uit de veertiger jaren van de vorige eeuw gingen er van uit dat je met een gulden uit de zeventiende eeuw ongeveer tien keer zoveel kon kopen. Toen begin deze eeuw de gulden door de Euro werd vervangen ging men er van uit dat je voor de gulden uit de veertiger jaren wederom gemiddeld tien keer zoveel kon kopen. Als we de maandgages uit 1636 met 100 zouden vermenigvuldigen komen we in 2001 toch op een bescheiden loon uit. Een stuurman voor 3600 gulden per maand?

 

Scheepstypen in dienst bij- of varend voor de VOC.
De zogenaamde Oostinjevaarders

Brigantijn
Brik
Buis
Fluitschip (Fluit)
Fregat of Volschip
Galjoot
Hekboot
Hoeker
Katschip (Kat)
Lougre (Logger)
Pakketboot
Pinas
Pinkschip (Pink)
Retourschip
Vlieboot

 

Uit: De oorlogsvloot in de zeventiende eeuw, F.L.Diekerhoff, Bussum, 1967.