beschrijving |
Galei |
De Galei La Liberté |
|
De Galei La Réale
|
1. gangboord 2. doft 3. spoorstok 4. bredere doften waar de slaven tijdens rusttijd op zaten of wanneer het schip onder zeil was. 5. vissing, de opening in het dek waar de mast doorheen gaat 6. apostis, de buiten de romp stekende zware dolboom waarop de riemen rusten. |
Moorse rovers op de boeg van hun galei. Wie niet raak schoot kreeg
ransel of werd met de kromsabel onthoofd.
Galeien gaven slechts één laag met hun naar voren
gerichte batterij af en liepen dan zo snel mogelijk naar de vijand. Men nagelde diens roer
vast, schoot bogen en musketten af en wierp speren en granaten. Duikers brachten
ingenieuze mijnen aan en daarna kon een veelkoppige, tierende enterploeg het hoge
zeekasteel beklimmen en het karwei afmaken. Het klinkt simpel, maar in de praktijk
vereiste het een moed die aan waanzin grensde... Bron: Zeerovers van de Gouden Eeuw, A.Zuidhoek [De Boer Maritiem] |
Bij de zeeslag bij Sluis [1603] in de monding van de
Westerschelde waren acht Spaanse, een Hollandse en een Zeeuwse galei betrokken
In het midden ligt de Zwarte Galei
van Dordrecht, belaagd door drie Spaanse galeien. Rechts schieten twee
Zeeuwse schepen te hulp, waaronder een galei uit Vlissingen. De zeeslag was
een gevolg van de Spaanse poging om de blokkade van Sluis (in Spaanse
handen) te doorbreken. De uitbraak mislukte. Het schilderij wordt
toegeschreven aan Hendrick Cornelisz Vroom. Citaat: Schepen van de Gouden Eeuw onder redactie van Remmelt Daalder en Elisabeth Spits. Uitgegeven door de Stichting Nederlands Scheepvaartmuseum Amsterdam in 2005. |